Op zondag 13 februari 2022 keek ik naar Studio Voetbal, midden in week 1 en week 2 van de Olympische winterspelen. Op de eerste vraag van Sjoerd van Ramshorst of er nog naar Olympische winterspelen was gekeken zaten de heren aan tafel glazig te kijken en lachten Pierre van Hooidonk en Ibrahim Afellay ‘nee joh’…
Grinnikend schudden Freek Jansen en Arno Vermeulen hun hoofd en de vraag verstomde. De dommigheid droop ervan af. Er werd vervolgens weer over de keepers en het foutenfestival van de competitie gesproken.

In de ogen van de voetbalwereld bestaat er maar één sport die ertoe doet en dat is voetbal. Ook bij Voetbal Inside probeerden de heren aan tafel sommige sporten af te doen als ‘dat is toch geen sport’ en dit buiten het gegeven dat Johan Derksen vaak verstandig op onderwerpen ingaat en waar ik hem vaak kan vinden. Echter hiermee zakken zij volledig door het ijs.

Ik ben al 34 jaar conditietrainer en heb door omstandigheden de meeste tijd in het voetbal doorgebracht. Achteraf was mijn leukste werkperiode op het NSC Papendal. Want voor ik naar Papendal ging kwam ik al uit het voetbal en specifieke conditietraining bestond in Nederland helemaal niet. Een rondje inlopen was je opbouw voor je uithoudingsvermogen…
Met een koud lichaam 30 seconden rekken tegen een hek en voor de vorm maakte je 4 sprongetjes in de lucht. 

Ik greep de kans voor een vaste baan op Papendal waar ze wél open stonden om topsporters beter te laten presteren.
Daar ging mijn hart open.

Ik trainde talloze topsporters uit allerlei verschillende sporten. Van tennis, badminton, basketbal, boksen, schermen, schansspringen, voetbal, atletiek en zelfs hippische sporters en ontdekte hoeveel prestatiewinst je kon boeken met topsporters. Het was destijds ook nieuw en zodoende wilde de kranten en andere media erover berichten.

En de onvoorwaardelijke inzet en de risico’s die sporters maatschappelijk namen om de top te bereiken heb ik tot op heden nog in mijn geheugen staan. Dit was topsport en wat was de voetbalwereld dan maar een antieke wereld.

Ik moest na jaren gelukkig te zijn in de topsport op Papendal stoppen.
Het waren 7 dagen per week werken  en maakte dagen van 10 uur.
Onze eerste dochter kwam ter wereld en ik kon mij niet permitteren in de avonden ook nog eens weg te blijven.
Zo startte ik een opleidingsorganisatie voor voetbaltrainers. Daar leerde wij hun datgene wat ik uit andere sporten had gehaald, namelijk alles wat met conditie te maken heeft.
Ik ben met dit werk de hele wereld over geweest. Heb hiermee successen gekend en mijn steentje bijgedragen in de voetbalwereld. Echter, de voetbalwereld blijft al met al een smeltkroes van kortzichtige mensen die geen weet hebben hoe je je kan verrijken als je over je eigen grenzen heen durft te kijken.

Alles wat ik in het voetbal gebruik heb ik dus uit andere sporten gehaald dan uit voetbal.
Want in die 34 jaar die nu verstreken zijn ben ik in het voetbal niets van innovatie tegengekomen buiten tactische innovatie door mensen als van Michels, Cruijff en Van Gaal.
Nederlandse spelers kunnen specifieke trainingsarbeid vaak niet aan en keepers maken de ene blunder na de andere en in ons land mogen voetballers klagen als zij te hard moeten trainen. Ik heb het privilege gehad om in het spelershome van Manchester United met Christiano Ronaldo een gesprek te hebben. Hij vertelde klip en klaar dat hij het meest investeert in fysieke trainingsarbeid en hem dat het meeste oplevert om de top te bereiken. 

Als het Nederlandse voetbal de mentaliteit zou hebben van sporters uit andere disciplines en als beleidsmakers én roeptoeters aan praattafels inzien wat men kan leren van andere sporten dan worden wij wereldtop. Want aan alle randvoorwaarden en infrastructuur ligt het in Nederland niet.
Echter, de fysieke kwaliteiten gaan op de Nederlandse velden al jaren zienderogen achteruit. Mede gestimuleerd door antwoorden van voetbalanalisten die niet verder kijken dan hun neus lang is. Daarom heren, nu maar weer snel naar jullie opgemaakte nestje, en denk erom: oogjes dicht ën snaveltjes toe. Slaap lekker.